Fietsen jouw medewerkers ook het snot achter de oren?
Op 11 juli 1985 had Eric Vandenaerden een mazzeltje.
En dat had hij nodig, want toen hij op zijn fiets stapte om te beginnen aan de Tour de France, waren de verwachtingen nog torenhoog. Want hij was dat jaar al winnaar van de Ronde van Vlaanderen en van Gent-Wevelgem. Wielerklassiekers waar je u tegen zegt.
Maar liefst 2 weken lang trapte hij de longen uit zijn schriele lijf. Maar zonder ook maar een klein beetje hoop op succes. Er gebeurde he-le-maal niets en hij zakte af tot plaats 87 in het klassement.
Hij was dan ook allang geen favoriet meer toen hij op die 11e juli begon aan zijn tijdrit richting skidurp Villard-de-Lans.
Hij was zelfs zover afgeschreven, dat de Franse filmploeg het niet eens nodig vond om hem te filmen tijdens zijn solorit van iets meer dan 31 kilometer.
Aan zo’n fietslosert gingen die arrogant frogs geen dure film verspillen. Ze raceden Eric hard voorbij op hun moteur en gingen op zoek naar waardige toerfransozen, waar de wielerhartjes wel sneller van gingen kloppen.
Toch ging Eric gewoon door. Die fietste tot het snot achter zijn oren zat, die trapte tot hij kramp kreeg in zijn kleine teen, die trok zijn scheur open, ademende nog wat zuurstof in en gaf nog maar eens een extra snok aan de pedalen. En kwam met een mooie tijd over de finish.
En toen draaide de wind…
En alle renners die na hem kwamen, die hadden ineens wind tegen. Alle tourfavorieten, van Bernard Hinault, Greg Lemond, zelfs onze eigen Jelle Nijdam. Niemand kwam ook maar in de buurt.
En Eric werd de winnaar van de dag!
Alleen, er was geen filmbeeld van de winnaar. Sterker nog, er waren niet eens foto’s gemaakt. Zo overtuigd was de Franse filmploeg ervan dat één van de hunnies zou winnen.
Dus wat gebeurde er? Nadat Eric wat was uitgerust en had gedoucht, fietste hij gewoon nog een kilometer of 10 van het parcours van die dag. Op zun dooiu gemakkie.
Zodat er wat filmbeelden geschoten konden worden en een paar mooie foto’s. Die de slimme Nederlandse fotograaf, die dit allemaal in scene zette, waarschijnlijk voor veel doekoesverkocht aan de froggies.
En weet je wat gaaf was. Niemand had het in de gaten. Want toen de ploegbaas van Eric de filmbeelden zag, keek hij verbaasd en zei:
“Djiezus, wat zit die Eric nog fris op zijn fiets zeg.”
Als jij wilt dat je medewerkers ook nog fris op hun fiets zitten, zelfs als ze zich twee weken lang het snot achter de oren hebben gewerkt, dan wordt het de hoogste tijd om aan de slag te gaan met Duurzame Inzetbaarheid.
Want of je nu in deze rare tijd wind mee hebt of wind tegen, de wind kan altijd draaien. En dan is het wel fijn als je alvast een paar minuten voorsprong hebt. Zodat je, zelfs als je onverhoopt ook nog een hongerklap krijgt, toch nog de winnaar bent.
Want je wilt niet dat je DI-beleid een paar kilometer voor de finish strandt in goede bedoelingen en gebrek aan belangstelling van het management én medewerkers.
Of dat je je fietsbandjes steeds lek rijdt, omdat je management bezuinigt op je budget.
En je wilt al helemaal niet dat jouw medewerkers helemaal stuk gaan en moeten lossen uit het peloton, waarna ze in de bezemwagens stappen en opgeven.
Want één ding is zeker, je weet gewoon dat er ongelofelijk veel mogelijkheden zitten in het duurzaam inzetbaar zijn en blijven van personeel.
En dat DI júist nu, in wat minder goede tijden, op de agenda van jouw organisatie moet staan.
Daarom hebben Pauline Miedema en ik een nieuwe online training voor je gemaakt. Die training gaat over Duurzame Inzetbaarheid in goede en slechte tijden. En daarin vertellen we je de belangrijkste basisprincipes van Duurzame Inzetbaarheid.
Die training is een voorproefje op het nieuwe online progamma van BG magazine dat we binnenkort lanceren.
De training is 1 oktober, duurt zo’n 90 minuten, is gratis en je kunt je hieronder aanmelden:
Duurzame Inzetbaarheid in goede en slechte tijden